De Polderkiekendief
Elk jaar komen de bruine kiekendieven eind maart terug naar de Meetjeslandse polders vanuit hun wintergebieden. Velen vliegen naar West-Afrika, onder andere Senegal, om er te overwinteren. De Polderkiekendief heeft het niet zo voor verre reizen blijkbaar want die is gans het jaar door te vinden ergens in de polders van het Meetjesland of Zeeuws-Vlaanderen.
Deze vogel is geringd en van kleurmerken voorzien op 6 juni in 2015 in Zaamslag in Zeeuws-Vlaanderen. In de lente van 2017 heeft hij voor het eerst jongen grootgebracht in Sint-Margriete. Ook in 2018 heeft hij gebroed in Sint-Margriete.
De polderkiekendief heeft niet het klassiek verenkleed van een mannetje bruine kiekendief, maar het is wel degelijk een mannetje.
Hopelijk zal hij met succes jongen grootbrengen in het Meetjeslands Krekengebied.
Het Instituut voor Natuur - en Bosonderzoek ( INBO)voert al jaren onderzoek naar de bruine kiekendief, vandaar de kleurmerken met een unieke code.
Dit mannetje heeft blijkbaar geen problemen met zijn kleurmerken want hij toonde ze maar al te graag.
De Amazone van het Meetjesland.
Onlangs kwam de vallei van de Oude Kale in het nieuws omdat het gebied in het kader van de Blue deal een betere bescherming zal krijgen. De Blue deal is een plan van de Vlaamse Regering om de strijd tegen de droogte structureel aan te pakken.
De Oude Kale en de Poekebeek vormen op sommige plaatsen nog een kronkelende parel in het zuiden van het Meetjesland en met enige zin voor overdrijving heb ik de titel "De Amazone van het Meetjesland" bedacht.
In de Middeleeuwen vormden de Poekebeek, De Kale en de Zuidlede een zijrivier van de Durme. In dit artikel zal ik mij beperken tot de Poekebeek en de Oude Kale.
De Poekebeek en de Oude Kale vormden één rivier tot het Schipdonkkanaal ( Afleidingskanaal van de Leie 1846-1860) ze heeft in 2 verdeeld. Gelukkig zijn er delen van de oorspronkelijke rivier tot op de dag van vandaag bewaard gebleven. Tussen Merendree en Vinderhoute treft men de Oude Kale nog in zijn oorspronkelijke bedding, alsook de Poekebeek ten noorden van het Kasteel van Poeke.
Een natuurlijk riviersysteem heeft een zomer - en een winterbedding. Bij hevige regenval in de winter treedt de rivier buiten haar oevers en in normale omstandigheden krijgt het water de tijd om te infiltreren om zo de grondwaterlagen terug te voeden. Het zijn vooral de meersen die de natuurrijkdom of de biodiversiteit van de riviervallei bepalen.
Na hevige regenval treedt de Poekebeek nog buiten haar oevers, maar meestal wordt het water terug snel afgevoerd naar het Schipdonkkanaal.
In functie van de Blue deal en van de biodiversiteit zou het een grote meerwaarde zijn mocht men terug de winterbedding in ere herstellen en het water gedurende een langere periode vasthouden in de winter van de Poekebeek en de Oude Kale. In de Amazone van het Meetjesland wil ik terug baltsende watersnippen en kwartelkoningen, klepperende ooievaars, dobberende zomertalingen, geel - en purpergekleurde velden van dotterbloemen en koekoeksbloemen, spelende otters enz....
De meersen onder water na hevige regenval.
Overstroomde meersen van de Poekebeek.
Na hevige regenval treedt de Poekebeek gedurende enkele dagen buiten haar oevers.
De Oude Kale tussen Merendree en Vinderhoute.
De Oude Kale op een winterse ochtend in maart.
Lang leve de winter.
Plots werd het winter, eindelijk. Na een zeer natte en zachte januarimaand kwam opeens the beast of the east. De koudegolf begon met sneeuw gevolgd door enkele ijsdagen.
Ik dacht dat het 9 jaar geleden was dat men nog eens kon schaatsen op de meeste kreken in het Meetjesland. Door de gure oostenwind waren de meeste kreken pas op woensdagnacht voor het eerst dichtgevroren terwijl het al 4 nachten stevig aan het vriezen was.
Als natuurfotograaf was het een intense week, goed ingepakt heb ik uren gesleten in schuilhutten afgewisseld met landschapsfotografie.
Toen het duidelijk werd dat er een koudegolf op komst was ben ik intensiever gaan voederen in mijn tuin. Naast de klassieke vogels zoals holenduiven, houtduiven, kool - en pimpelmezen, vinken, ringmussen, roodborst, merels, putters, grote bonte specht en buizerd zater er ook opvallend veel rietgorzen.
Verder was ik vooral actief nabij de kreken. Door de koude en waarschijnlijk door de sneeuw in Nederland konden we genieten van grote goepen smienten, Nederland is het overwinteringsgebied bij uitstek voor deze eend. De smient of fluiteend broedt in Scandinaviê en Siberië. Meestal zijn er ongeveer een 200 smienten elke winter aanwezig in de omgeving van Sint-Laureins. Deze week zijn er wel 1500 smienten geteld. Ze overnachten op enkele wakken in de kreken om overdag te foerageren op grasland. Regelmatig vlogen ze in groepen terug naar het water om te drinken. Vanop de eerste rij was ik getuige van dit waar spektakel.
Niet alleen smienten maar ook ganzen zijn algemeen in de Meetjeslandse polders. Naast de grauwe - en kolganzen treffen we ook nijlganzen. Deze exoot kon ik deze week op een besneeuwd grasland fotograferen.
De historische graslanden hebben een belangrijke natuurwaarde en zijn bij uitstek het terrein van de weidevogels. Na de zeer natte periode stonden die graslanden nog gedeeltelijk onder water. Als gevolg hiervan kunnen er mooie structuren onstaan die zeer dankbaar zijn in functie van landschapsfotografie.
Lang leve de winter.
Rietgors in mijn tuin.
Schaatsplezier op de Oostpolderkreek.
Een wak met smienten in het ochtendgloren.
Opvliegende smienten om te gaan drinken op de kreek.
OSmienten verlaten het wak om terug voedsel te zoeken.
Nijlganzen in de sneeuw.
Historisch grasland in Sint-Margriete.
Putter of distelvink
Elk jaar in november komen de distelvinken mijn tuin opfleuren. Ik schrijf wel opfleuren want ze zijn exotisch mooi, een rood masker, zwarte vleugels met een gele band. Inderdaad de distelvinken of putters zijn getooid in de kleuren van de Belgische vlag. Dit is de reden waarom deze mooie vogels zeer populair zijn als kooivogel.
Putters of distelvinken profiteren vooral van ruigtehoekjes met distels, paardebloemen of teunisbloemen want ze zijn vooral afhankelijk van de zaden van deze planten. In de winter zijn ze verlekkerd op de zaden van de kaardebol. Wanneer men enkele hoeken in uw tuin ongemoeid laat, maak je ook kans deze mooie vogel te verwelkomen in uw tuin. De jongen worden gevoed met insecten omdat ze eiwitten nodig hebben voor de groei.
Deze vogels zijn bezig met een opmars, tijdens de laatste tuinvogeltelling van Natuurpunt komt de putter in 5% van de tuinen voor, in 2004 was dit minder dan 0,5%.
Elk jaar eind oktober kijk ik uit naar de eerste distelvinken in mijn tuin. Achteraan in de tuin groeien heel wat kaardebollen en dit is waarom ze jaarlijks mijn tuin bezoeken. Ik hoop ze ook ooit te verwelkomen als broedvogel. Mijn tuin bestaat min of meer uit een schraal grasland afgewisseld met ruigere stukken. Ook staan enkele fruitbomen in de tuin. Door het beheer evolueert mijn tuin langzaam in positieve zin, en zeker als je vogels als een distelvink jaarlijks kan waarnemen geeft dit toch een zekere voldoening.
Deze foto zat al enkele weken te spoken in mijn hoofd en eindelijk heb ik ongeveer de foto kunnen maken dat ik voor ogen had.
Mijn beste wensen aan iedereen, en meer dan ooit een goede gezondheid.